Waarom begint iemand aan een voorspelbaar zeer tijdrovende biografie waarvoor hij jarenlang beurzen, fellowships en gratis logeeradressen moet binnenharken en afhankelijk is van the kindness of strangers? De openingszinnen van René Magrittes biografie laten weinig te raden over de beweegredenen van de auteur, Alex Danchev:
René Magritte is verreweg de belangrijkste leverancier van beelden van de moderne wereld. Zijn schilderijen en zijn presentaties zijn deel van onze cultuur. Zijn persoonlijke iconografie, zijn surreële fijngevoeligheid, zijn met een stalen gezicht opgevoerde melodrama, zijn trompe-l’oeileffecten, zijn vernuftigheid, zijn extravagantie, zijn subversiviteit (hij is een van de grootste subversieve geesten van onze tijd) – daar kun je nu allemaal niet meer omheen. Het hedendaagse leven is doordrenkt van Magritte en zijn sensibiliteit. Zijn schilderijen zijn legendes.
Ik schrok hiervan. Was ik zó onwetend dat ik daarom nooit zelf tot deze conclusie was gekomen? Alsof je als Nederlander een vaag idee hebt wie Rembrandt ook al weer was. Ter verontschuldiging voer ik maar alvast aan dat het Magritte Museum in Brussel nog niet bestond toen ik er parttime eind jaren 90 woonde: als zelfs de Belgen hem pas in zijn eigen museum schonken,
Biografie toont Magritte als een ironicus die overal lak aan had
Magritte wordt vaak beschreven in termen van modernist, surrealist en andere kunsthistorisch stromingen. Dat klopt allemaal, maar de Britse biograaf Alex Danchev tapt uit een heel ander vaatje. Op aanstekelijke wijze weet hij duidelijk te maken dat de Vlaamse schilder de inspiratie voor zijn vervreemdende schilderijen dichtbij huis vond, in Schaerbeek.
Bij zijn rare familie vol vage nonkels bijvoorbeeld, maar ook echte en gefantaseerde seksuele ervaringen van de jonge Magritte, en zijn gretigheid om de wereld te leren kennen via goedkope pulpromannetjes en dito films.
Danchev schetst een prachtig beeld van Magritte als scholier, dienstplichtige en student. Hij beschouwt hem in de eerste plaats als surrealist, maar in Parijs zagen André Breton en andere surrealisten weliswaar dat Magritte een groot talent had, maar wisten ze tegelijkertijd geen raad met hem.
Was hij toch een abstract kunstenaar? Die vraag werd natuurlijk vaak gesteld omdat hij op de kunstacademie had gezeten met Victor Servranckx, die Magritte binnenhaalde bij Les Usines Peters-Lacroix, een fabriek waar behangpapier werd ontworpen en geproduceerd. Servranckx groeide uit tot de beroemdste abstracte kunstenaar die België ooit heeft gekend.
Re
K. Schippers De Chirico en Balthus
Rome, mei, Iets onmogelijks is mogelijk geworden. Het huis van de schilder Giorgio de Chirico (), in het hart van de Italiaanse hoofdstad, is opengesteld voor het publiek. Eerst loop je de Spaanse trappen af, je staat op het Spaanse plein en dan ga je naar links en je zoekt nummer 31, een pand van vier, vijf verdiepingen. Zo is het me verteld en het zal ook wel kloppen, al denk ik, lopend over de trappen, dat mijn zegsman zich heeft vergist.
De Chirico haalde geen vreemden in huis, elk geloof in de mensheid was hem vreemd. Zelfs een omgeving waar geen mens in voorkwam vervulde hem met een diep wantrouwen.
Als je zijn werk bekijkt, merk je dat hij steeds een beeld probeert te geven van het licht en vooral van de ruimte, die door pleinen, arcades, huizen en gebouwen wordt verbogen. Voor De Chirico was het uitzicht op de stad een tragedie, alsof muren, bogen en andere vormen van steen aan elke betekenis ontkomen.
Voor het Piazzi di Spagna maakte hij een uitzondering. In zijn memoires schrijft hij dat het plein voor hem het middelpunt van de wereld is. Hij ging er in wonen, samen met zijn vrouw Isabella Far, en bleef er tot zijn dood, ruim dertig jaar later. Alle winkels waren er, volgens hem, eerste klas: stomerijen, banken, reis
Het kwaadaardig verlangen gelukkig te zijn
Vrouwen zijn vaak roodharig en niet zelden dik, of toch op z’n minst dikkig, in de verhalen van Clarice Lispector. En even vaak smachten, verlangen en lijden ze. ‘Als ik doodga zal ik zo naar je verlangen, Eduardo! De zin miste elke logica maar bevatte toch een onuitsprekelijke betekenis.’ Wat ook geldt voor dit boek, Alle verhalen.
‘Toen Clarice Lispector in stierf was ze in haar land al een mythische figuur, de sfinx van Rio de Janeiro, een vrouw die sinds haar jonge jaren iedereen betoverde’, schrijft Benjamin Moser in zijn biografie van de Braziliaanse schrijfster. Toen dat boek in verscheen, leerde de wereld de figuur Clarice Lispector kennen, en pas later ook haar werk, dat dankzij Moser vertaald werd naar het Engels. Ook bij het lezen van het net verschenen Alle verhalen – samengesteld en ingeleid door diezelfde Moser, die onlangs ook de biografie van Susan Sontag schreef – lijkt het alsof je een stukje van de vrouw achter de schrijfster leert kennen.
Lispector was extreem knap – haar gezicht siert de cover van Alle verhalen – en daar wordt vaak gretig op gefocust. Giorgio de Chirico schilderde haar portret. En Gregroy Rabassa, die haar roman The Apple in the Dark vertaalde, verklaarde dat ze eruitzag als Marlene
Giorgio de Chirico ()
Geschiedenis: Hoe zag onze wereld er vroeger uit en wat gebeurde er toen?
Italiaanse kunstenaar
De Italiaanse kunstenaar Giorgio de Chirico () werd geboren te Volos, Griekenland. Na een klassiek-humanistische opleiding volgde De Chirico schilderlessen aan de technische school in Athene. Van tot studeerde hij aan de kunstacademie in München.
Contacten
In vestigde Giorgio de Chirico zich in Italië. Hij woonde onder meer in Milaan, Turijn en Florence. In Parijs raakte hij bevriend met Guillaume Apollinaire en Pablo Picasso. Giorgio de Chirico nam deel aan de tentoonstellingen van de Salon des Indépendants en de Salon dÁutomne.
Pittura Metafisica
In ontmoette Giorgio de Chirico de kunstenaar Carlo Carra. Samen stichtten zij Pittura Metafisica (metafysische schilderkunst). In de jaren twintig en dertig bracht Giorgio de Chirico veel tijd door in Parijs, maar hij woonde in Milaan, Florence en Rome.
Poëtische betekenis
Objecten kregen bij Giorgio de Chirico een poëtische betekenis. Hierdoor stond hij aan de basis van het dadaïsme en het surrealisme. Giorgio de Chirico overleed op 20 november te Rome.
PS
Wie leest weet meer en begrijpt beter. In onze gewaardeerde nieuwsbrief staan veel tips en wetenswaa